Hoe moet je boompalen zetten?

Door boompalen te plaatsen wanneer je een nieuwe boom aanpoot bevordert dit de aangroei van de wortels.

Boompaal plaatsen

Voordat de boompaal geplaatst kan worden dien je de juiste boompaal uit te kiezen. Over het algemeen is er keus uit twee verschillende soorten: Dunne relatief korte paal van ongeveer 150 cm of, dikke lange boompaal van ongeveer 200 cm. Welke boompaal je nodig hebt hangt af van de hoogte van de boom.

Boompalen dienen voor ongeveer 1/3 van hun lengte in de grond gezet te worden. Het gat kun je het beste boren met een speciale grondboor. Heb je deze niet? Dan kun je het gat zelf met een schep graven. Let er dan wel goed op dat je de grond na het zetten van de boompaal goed aandrukt.

Zet de boompaal altijd naast de kluit en niet erin. De boompaal dient aan de westzijde geplaatst te worden omdat hier de sterkste wind vandaan komt. Heb je een wat grotere boom, dan kun je twee of zelfs drie boompalen plaatsen.

Boompaal vastzetten

Een boompaal kun je vastzetten door het gebruik van een boomband. De boomband moet achterlangs de boom gehaald worden op ongeveer 20 cm onder de bovenkant van de boompaal. Bevestig deze door hem vast te timmeren aan de boompaal met een klinknagel. Houd gerust wat speling zodat de boom nog iets kan bewegen.